Regels stellen

Regels.. Tja, dat je je kinderen ermee helpt, is vast geen nieuws. En dat je consequent moet blijven en niet moet toegeven, heb je vast ook al vaker gehoord. Vanaf welke leeftijd kunnen kinderen zich echt aan regels houden? En hoeveel regels is dan handig? Je leest alles over regels stellen in dit blog.      

Waarom regels fijn zijn voor je kind

Regels geven kinderen duidelijkheid en houvast. Je kind weet wat van hem wordt verwacht en weet ook wat het van jou als ouder kan verwachten. Dit geeft je kind een gevoel van veiligheid, je kind weet waar het aan toe is. Kinderen zijn best bereid om zich aan regels te houden, als het maar haalbare en ‘logische’ (redelijke) regels zijn.

Vanaf welke leeftijd regels stellen?

Onder de twee jaar kunnen kinderen nog heel weinig met regels. Je kind begrijpt niet dat er regels zijn en doet ook niet bewust iets wat niet mag. Aan je stem hoort je kind wel dat iets niet mag, maar het kan niet begrijpen wat het gevolg is als hij het toch doet.

Vanaf twee jaar merkt je kind dat er op bepaald gedrag positief wordt gereageerd en ander gedrag wordt afgekeurd. Je kind kan alleen nog niet het verband leggen met andere situaties. Dus dat gooien met speelgoed niet mag, maar dat het ook niet mag gooien met zijn beker. In de peutertijd kun je al wel beginnen met een paar duidelijke regels (niet meer dan drie), die steeds naar voren komen in diverse situaties. Bijvoorbeeld de regel ‘Aaien in plaats van slaan’ en deze herhalen in het samenspelen met andere kinderen, op de kinderboerderij, in het spelen met speelgoed.

Tips voor het hebben van regels

Hieronder vind je een aantal tips die je kunnen helpen bij opstellen van regels:

• Bedenk vijf basisregels die je belangrijk vindt voor je kind. Heb je er meer? Schrijf ze eens allemaal op en haal daar vijf regels uit, waar je steeds naar kunt verwijzen. Meer dan vijf regels wordt onoverzichtelijk voor je kind, maar ook voor jou. En waarschijnlijk heeft alles toch steeds te maken met deze vijf regels.
• Formuleer de regels positief. Je kind weet wel welk gedrag niet gewenst is. Alleen vaak weet je kind niet wat het daarvoor in de plaats kan doen. Bijvoorbeeld ‘Niet schreeuwen in huis’ wordt dan ‘We praten rustig in huis’.
• Stel ‘redelijke’ regels: regels die ergens over gaan. Hoe belangrijk is het dat je kind recht op zijn stoel zit, met mes en vork eet, niet met zijn arm onder zijn hoofd zit? Bedenk bij elke regel: ‘Is dit belangrijk voor mij of voor mijn kind?’. Waarschijnlijk kun je dan een paar regels weglaten, omdat je kind dit vanzelf wel leert.
• Vanaf ongeveer 6 jaar kun je je kind laten meedenken over de regels in huis. Vraag aan alle gezinsleden: ‘Hoe wil jij met elkaar omgaan zodat het gezellig is in huis?’. Kinderen zijn op school ook gewend om mee te denken over de regels en zich hieraan te houden.
• Durf de regels aan te passen als je merkt dat jullie je er niet meer aan houden of als je kind ondertussen ouder is geworden. Regels zijn veranderbaar en moeten passen bij de leeftijd van je kind en jullie leefsituatie.

Pas op met teveel regels

Regels helpen kinderen, maar teveel regels werkt averechts. Als je kind de hele dag door hoort ‘doe het zo’ en ‘dat mag niet’, dan wordt zijn hoofd zo vol dat hij het niet meer kan onthouden. Je kind zal dan niet meer luisteren naar je, maar zich juist afsluiten vanuit zelfbescherming. Ook kan je kind onzeker worden en denken dat hij het niet goed doet.

Welke regels vind jij echt belangrijk en hoe communiceer je deze naar je kind?